Trespa International B.V. is de jongste grote werkgever die vrijwillig is aangesloten* bij Pensioenfonds PGB. Het bedrijf is een toonaangevende innovator op het gebied van architectonische plaatmaterialen. Sinds 31 december 2022 voert Pensioenfonds PGB de pensioenregeling voor de Trespa deelnemers. We spreken met Frans Smidt en Ingrid van Herten over de overgang naar het nieuwe pensioen en wat dit voor hun werknemers betekent.

* Vrijwillige aansluiting Een vrijwillige aansluiting betekent dat de werkgever zelf mag kiezen bij welk pensioenfonds hij aansluit. In dat geval hebben de sociale partners in de sector geen afspraken gemaakt over een verplichte aansluiting bij een pensioenfonds. Dit betekent ook dat werkgevers meer keuzemogelijkheden hebben dan een werkgever met een verplichte aansluiting. Voor werkgevers met een verplichte aansluiting worden keuzes gemaakt door de sociale partners.

Hoe kwamen jullie bij Pensioenfonds PGB terecht?

Ingrid: “Ons pensioenfonds was te klein om levensvatbaar te blijven. Het aantal deelnemers versus kosten was niet meer in balans. Onder andere om deze reden konden we niet meer indexeren.”

Frans: “Vervolgens hebben we in samenwerking met een aantal deskundigen en de vakbond goed gekeken naar wat de beste toekomstbestendige oplossing was voor onze deelnemers. Vooruitlopend op de Wet toekomst pensioenen hebben we daarom besloten om gebruik te maken van de overgangstermijn om nog een leeftijdsafhankelijke premiestaffel in te voeren. Het voordeel hiervan is dat deze toekomstbestendig is als straks de nieuwe regels bij Pensioenfonds PGB ingaan. Wij mogen namelijk dan deze staffel nog steeds voeren. Dat neemt veel onzekerheid bij onze werknemers weg en gepuzzel om ouderen die in de laatste fase van hun loopbaan niet meer de hoge premie kunnen krijgen, te compenseren.”

“De vakbonden zijn over het algemeen erg te spreken over Pensioenfonds PGB. Wij zaten hier wat neutraler in. Maar wat heel erg in het voordeel van Pensioenfonds PGB sprak, was dat wij vanuit een bepaald budget deze regeling wilden optuigen. En dit was alleen mogelijk binnen Pensioenfonds PGB. Hierin waren ze erg flexibel. Daarnaast vonden we de dienstverlening, de pensioenregeling zelf erg modern en klantgericht. De relatief lage uitvoeringskosten waren ook aantrekkelijk.”

Hoe ervaren jullie de begeleiding tot nu toe?

Ingrid: “We zijn positief over onze accountmanager. Vragen worden snel en adequaat beantwoord. Ook van onze werknemers horen we dat ze tevreden zijn over jullie klantenservice.”

Hoe bereid je je als werkgever voor op het nieuwe pensioen? Waar ligt de focus voor het komend jaar?

Frans: “We gaan op korte termijn met de vakbonden in overleg over de nabestaandenregeling. Want zoals die nu in onze regeling zit, kan die niet identiek worden overgenomen in het nieuwe pensioen. Voor de rest kunnen we zo goed als alles ongewijzigd voortzetten. Maar we gaan een hele interessante periode in. Op verzoek van Pensioenfonds PGB kijken we met onze sociale partners en de ondernemingsraad naar een nieuwe regeling. Deze regeling is voor werknemers die vanaf de datum van de nieuwe pensioenwet bij ons in dienst komen. De regeling voor onze huidige werknemers wordt namelijk een gesloten regeling als het nieuwe pensioen bij Pensioenfonds PGB ingaat. Tegelijkertijd hebben we ook maar de keuze tussen 2 regelingen. Het lastige en het bijzondere is dat de huidige werknemers dan moeten stemmen over een regeling die voor henzelf niet geldt maar wel voor nieuwe, toekomstige werknemers.”

Op welke manier betrekken jullie werknemers bij het nieuwe pensioen?

Ingrid: “Er zijn natuurlijk werknemers die van nature interesse hebben in financiële zaken zoals pensioen, maar de meeste werknemers zijn hier nog niet echt mee bezig. Wel met wat er gebeurt met hun oude regeling. Sommige werknemers hebben bijvoorbeeld een tijdelijk ouderdomspensioen en maken zich zorgen over wat hiermee gebeurt als het oude pensioenfonds niet meer bestaat. Hier hebben we met hen intensief contact over. We sturen brieven, houden presentaties en kennissessies en voeren individuele gesprekken.”

Ingrid: “Andere werknemers zijn juist benieuwd wanneer de pensioenen overgaan naar Pensioenfonds PGB. Wij hebben een beschikbare premieregeling bij Pensioenfonds PGB, waarbij werknemers als ze 58 jaar zijn een keuze moeten maken tussen stabiel of variabel pensioen. Met deze groep werknemers hebben we samen met voorlichters van Pensioenfonds PGB interessante sessies gehad met als doel hen hierover bij te praten. Bij deze groep leeft het nieuwe pensioen dan ook meer. Maar over het algemeen is de noodzaak om over het nieuwe pensioen te informeren hier heel beperkt, omdat we een regeling hebben die niet gaat veranderen in de toekomst.”

Welk sentiment heerst er onder jullie werknemers over het nieuwe pensioen?

Frans: “Er was een ledenraadpleging over de pensioenregeling bij Pensioenfonds PGB. Alle vakbondsleden waren unaniem voor de nieuwe pensioenregeling bij jullie. Werknemers waren ook overtuigd dat verandering nodig was en dat dit de juiste stap was. En onze nieuwe regeling is toekomstbestendig.”

Vinden jullie de overgang naar het nieuwe pensioen een goede verandering?

Ingrid: “Ik merk dat met name een gedeelte van onze oudere werknemers gehecht is aan het idee van solidariteit en dat ze dat op prijsstellen. Dat is bij de nieuwe regeling anders. Die is meer voor jezelf. Dat hoort ook bij de jonge generatie, denk ik. Het is goed dat het systeem verandert. Met de nieuwe regeling moeten onze werknemers wel meer eigen keuzes maken voor hun financiële toekomst. Dat vindt niet iedereen gemakkelijk. Daar heb ik nog wel zorgen over. Er zal nog veel moeten gebeuren.”

Frans: “De middelloonregeling zoals Nederland die kent gaat stoppen. Deze regeling is ook onmogelijk geworden. We hebben jarenlang niet kunnen indexeren, maar hebben wel enorme buffers moeten aanhouden om maar aan de financierings- en dekkingsvereisten van de toezichthouder en wetgeving te voldoen. Dit heeft ertoe geleid dat het pensioensysteem niet meer verkoopbaar was.”

“Er zit een schijnsolidariteit in de middelloonregeling die we nu kennen in Nederland. Jongeren betalen in verhouding hogere premies voor de oudere werknemers zonder dat ze eigenlijk weten of de generaties na hen dit voor hen ook gaan betalen. Ik vind dan ook dat het tijd is om een leeftijdsonafhankelijke premie in te voeren. Aan de andere kant krijg je ook hele bijzondere situaties als ouderen er heel erg op achteruit gaan. Bijvoorbeeld als je in een pensioenfonds zit waarbij je gecompenseerd wordt voor het verlies van een leeftijdsafhankelijke stijgende premie in de toekomst. Een overstap naar een andere werkgever waar je geen compensatie krijgt, heeft een grote impact op je pensioenopbouw.”

Ingrid: “Als ik nu kijk naar ons eigen pensioenfonds: we hebben best een redelijke dekkingsgraad, maar hebben we onder andere vanwege regelgeving niet de mogelijkheid te indexeren. Hoe graag we dat ook zouden willen. Dus wat dat betreft is het goed dat er dingen gaan veranderen.”