Vakantie toen en nu
“Met een Fiatje 500 naar Noorwegen was écht een avontuur”

Ton van Vark (69)
Ton begon op 19-jarige leeftijd in de grafimediabranche en bleef daar zijn hele werkzame leven actief. “Ik zou ook eigenlijk niet weten wat ik anders zou willen of kunnen, heel apart is dat.” Inmiddels geniet hij al zo’n 5 jaar van zijn pensioen. Hij woont in het fraaie Alverna en heeft 2 volwassen kinderen.
Op een zonnige dag in januari spreken we met Ton van Vark (69). In zijn appartement op een voormalig kloosterterrein in het Gelderse Alverna. Met hem kijken we naar leven na het werk en de rol van reizen in zijn leven. Hoe ging vakantie vroeger? En wat doet hij nu? “Ik had nooit gedacht iemand te worden die achter zo’n parapluutje aanloopt.”
Kun je iets vertellen over jouw loopbaan en je band met Pensioenfonds PGB?
“Ik begon ooit met scalpmesjes, rode folie en maskers om drukplaten voor te bereiden. Tegenwoordig gaat dat met een druk op de knop. Ik heb vrijwel mijn hele werkzame leven pensioen opgebouwd bij Pensioenfonds PGB in de grafimedia. Bijna 50 jaar in totaal. Er was een periode waarin een van mijn werkgevers geen pensioenpremies betaalde, maar dat is uiteindelijk netjes opgelost. Ik heb zelfs nog even taxi gereden. Dat hield op door de covid-pandemie. Toen ben ik helemaal gestopt met werken. In het begin vond ik het vreselijk wennen. Maar inmiddels heb ik hier mijn sociale leven weer opgebouwd. Ik doe veel vrijwilligerswerk, vooral in en rond het pand.”
Hoe waren je vakanties toen je jong was? Ging je vaak op reis?
“Dat was in mijn geval wel bijzonder. Omdat mijn moeder Noors was, gingen we iedere zomer op familiebezoek naar Noorwegen. Oma ging ook mee dus uiteindelijk gingen we met 5 personen in een kleine Fiat 500 die kant op. De dames sliepen in de auto en ik lag met mijn vader naast de auto. Of dat niet koud was? Welnee, de zomers in Noorwegen waren toen schitterend. Beter dan hier.”
Maar hoe ging dat dan, met zoveel mensen en bagage in zo’n kleine auto?
[Lachend] “Eerlijk? Dat weet ik echt niet meer. Ik denk dat we onze bagage gewoon op schoot hielden? We namen sowieso niet zoveel mee. Misschien één tasje per persoon. Het was wel écht een avontuur. We reden er een dag of 4 op, inclusief de veerboot van Denemarken naar Noorwegen. Gelukkig woonde de familie die we gingen bezoeken in het zuiden van Noorwegen. Dat maakt nogal wat uit.”
Ja, zo’n vakantie zal voor die tijd ook erg duur geweest zijn?
“Klopt, het was echt luxe. We konden ons dat veroorloven omdat mijn moeder ook werkte. Ik vond dat als kind doodnormaal. Ik ben me later gaan realiseren dat het voor die tijd heel bijzonder was.”
En later, met je eigen gezin?
“De meeste jaren gingen we met de auto naar de camping in Frankrijk. Zoals bijna iedereen deed. En nog steeds doet. We zijn een keer naar Brazilië geweest. Dat was een Libelle-groepsreis. Mijn vrouw had het geboekt als verrassing. In Brazilië hebben we een volkswijk bezocht zonder te weten dat het een ruige buurt was. De reisleidster keek lijkbleek toen we terug bij de bus kwamen. Maar ik vond het maar overdreven. Die mensen waren allemaal vriendelijk en vrolijk. En we hebben daar heerlijk gegeten en gedronken.”
Reis je tegenwoordig nog wel eens?
[Lachend] “Het is heel erg maar ik loop tegenwoordig achter een parapluutje aan. Ik had nooit gedacht dat ik aan groepsreizen zou beginnen. Maar het is gemakkelijk en je ontmoet nieuwe mensen. Dat maakt het aantrekkelijk voor mij. Vorig jaar ging ik naar Toscane. Dit jaar weer en ook naar Leipzig en Dresden. Het voordeel van zo’n reis is wel dat je van alles kunt doen, maar niks hoeft.”
En wil je niet nog een keer terug naar Noorwegen?
“Ja eigenlijk wel. Ik zou nog wel een keer het noorderlicht willen zien. Dus dat staat wel op mijn bucketlist. En ik zou het leuk vinden om een aantal neven en nichten weer eens te zien. Maar dat is niet een reis die je zomaar even maakt. Wist je trouwens dat ik ooit bijna in Noorwegen gewoond had? Alles was al rond. Verblijfsvergunning, werk, een huis. Maar ik durfde het niet. Gek hè. Maar ik heb er geen spijt van hoor. De dingen gaan nu eenmaal zoals ze gaan.”
“Gek hé. De dingen gaan nu eenmaal zoals ze gaan.”